Een bijkomende vakantie wordt volgens de anciënniteit in de onderneming toegekend aan het administratief personeel, alsook aan de filiaalhouders en de overige personeelsleden van de filialen.
Deze vakantie bedraagt in meerdering van de wettelijke jaarlijkse vakantie :
– | 1 dag na 5 jaar anciënniteit in de onderneming; |
– | 2 dagen na 10 jaar anciënniteit in de onderneming; |
– | 3 dagen na 15 jaar anciënniteit in de onderneming; |
– | 4 dagen na 20 jaar anciënniteit in de onderneming; |
– | 5 dagen na 25 jaar anciënniteit in de onderneming; |
– | 6 dagen na 30 jaar anciënniteit in de onderneming. |
In de ondernemingen met een gunstigere regeling inzake anciënniteitsverlof, hebben de bedienden met tenminste vijf jaar anciënniteit recht op één bijkomende dag verlof ten opzichte van de regeling die van kracht was vóór 1 april 1991.
Vind in één klik wat je zoekt.
This search form (with id 1) does not exist!